containers

Nederland is één van de staten die partij is bij het Verdrag inzake beperking van aansprakelijkheid voor maritieme vorderingen en het daarbij horende Protocol van 1996 (hierna: Londens Beperkingsverdrag). Het Londens Beperkingsverdrag geeft een regeling waarbij de scheepseigenaar (en andere genoemde partijen) hun aansprakelijkheid voor met name genoemde vorderingen kunnen beperken door het stellen van één of meer beperkingsfondsen. Dit Verdrag is opgenomen in de Nederlandse wetgeving in de artikelen 8:750 BW tot en met 8:759 BW.

Wanneer een zaak daar aanleiding toe geeft en er sprake is van (een) vordering(en) waarvoor de scheepseigenaar zijn aansprakelijkheid kan en mag beperken, heeft de scheepseigenaar de bevoegdheid om zijn aansprakelijkheid te beperken. Dit kan hij doen door het stellen van één of meer beperkingsfondsen. Voor zeeschepen geldt dat naar Nederlands recht de volgende beperkingsfondsen gevormd kunnen worden om de aansprakelijkheid voor bepaalde vorderingen uit één en dezelfde voorval te beperken:

i. het personenfonds voor alle schade voortspruitende uit de dood of letsel van personen (niet zijnde passagiers van het schip);
ii. het passagiersfonds voor alle schade ter zake van de dood of letsel van passagiers van een schip;
iii. het wrakkenfonds voor alle schade in verband met interventie, vlottrekken en wrakopruiming en redding van lading en overige zaken;
iv. het zakenfonds voor alle overige schade.

Het bedrag van deze beperkingsfondsen wordt bepaald aan de hand van het bruto tonnage van het betrokken zeeschip. Op 8 juni 2015 zullen de aansprakelijkheidslimieten van het Londens Beperkingsverdrag verhoogd worden. Dit gebeurt met de inwerkingtreding van de op 19 april 2012 tot stand gekomen Wijzigingen van de beperkingsbedragen in het Protocol van 1996 tot wijziging van het Verdrag inzake de beperking van aansprakelijkheid voor maritieme vorderingen, 1976 in Nederland (en de andere Staten die partij zijn bij het Protocol van 1996).

Vanaf 8 juni 2015 worden in Nederland de beperkingsfondsen onder het Londens Beperkingsbedrag als volgt berekend:

i.    het personenfonds:

a. SDR 3,02 miljoen voor een schip met een tonnage van niet meer dan 2.000 ton;
b. voor een schip met een groter tonnage SDR 3,02 miljoen waarbij het volgende moet worden opgeteld:

i. voor een schip met een tonnage tussen 2.001 en 30.000 ton, SDR 1.208 per ton;
ii. voor een schip met een tonnage tussen 30.001 en 70.000 ton, SDR 906 per ton;
iii. voor een schip met een tonnage hoger dan 70.000 ton, SDR 604 per ton.

ii.    het passagiersfonds:

a. een bedrag van SDR 175.000, vermenigvuldigd met het aantal passagiers dat het schip gerechtigd is te vervoeren volgens zijn veiligheidscertificaat;

iii.    het wrakken- en zakenfonds:

a. SDR 1,51 miljoen voor een schip met een tonnage van niet meer dan 2.000 ton;
b. voor een schip met een groter tonnage SDR 1,51 miljoen waarbij het volgende moet worden opgeteld:

i. voor een schip met een tonnage tussen 2.001 en 30.000 ton, SDR 604 per ton;
ii. voor een schip met een tonnage tussen 30.001 en 70.000 ton, SDR 453 per ton;
iii. voor een schip met een tonnage hoger dan 70.000 ton, SDR 302 per ton.

Deze wijzigingen hebben een aanzienlijke invloed op de hoogte van de aansprakelijkheidslimieten van zeeschepen. Zo leidt deze verhoging ertoe dat de aansprakelijkheidslimiet voor zaakschade van bijvoorbeeld de MAERSK MC-KINNEY MOLLER met ongeveer 50% verhoogd wordt.

Mocht u verdere vragen hebben over de mogelijkheden tot het beperken van aansprakelijkheid in de zeevaart of de binnenvaart, aarzel dan niet om contact op te nemen met één van onze advocaten.